Column Welmoed Vlieger
TROUW | Binnen de onderwijssector is de afgelopen jaren veel te doen geweest over de doorgeslagen meetcultuur en het kille rendementsdenken. Vanaf de kleuterklas tot aan de eerste baan worden Nederlandse leerlingen en studenten onophoudelijk getoetst en worden hun prestaties gemeten. Volgens onderwijsdeskundigen en beleidsmakers zou er veel meer ruimte moeten zijn voor burgerschapsonderwijs, persoonsvorming en socialisatie. Onderwijsminister Arie Slob, die meer regels wil opleggen voor het vak burgerschapsvorming, weet er alles van. Ondertussen vraag ik me bij al die termen af: waar hebben we het nu eigenlijk over?
Eerst maar eens over die persoonsvorming. Hoe bepaal je wat de juiste of goede persoonsvorming is en wie dat zou mogen of kunnen doen? Wat mij steeds weer opvalt is dat politici, beleidsmakers en docenten de persoonsvorming maar al te gemakkelijk op één hoop gooien met socialisatie: de vorming in normen, waarden, tradities en praktijken. Op basis van vooraf geformuleerde ideeën en idealen bepalen zij tot welke personen de leerlingen gevormd (oftewel: gesocialiseerd) moeten worden. Et voilà: de persoonsvorming.