Duizenden kinderen opnieuw op de vlucht door toenemend geweld in Noordwest-Syrië

MO* | Sinds december sloegen bijna 390.000 Syrische burgers, waarvan 80 procent vrouwen en kinderen, opnieuw op de vlucht. In de noordwestelijke provincies Idlib en Aleppo nam het geweld sinds november 2019 weer sterk toe. Het dwong zo’n 200.000 Syrische families om te vluchten. Dat meldt de internationale kinderrechtenorganisatie Save The Children.

Daarnaast hebben ongeveer 2,8 miljoen van de 4 miljoen inwoners in de regio humanitaire hulp nodig. Het gaat daarbij voornamelijk om onderdak, eten, andere basisbenodigdheden en cash geld. OCHA, het Bureau voor de coördinatie van humanitaire zaken van de Verenigde Naties, meldt dat duizenden families schuilen in publieke gebouwen, scholen, moskeeën maar ook in onafgewerkte huizen, winkels en publieke parken.

Velen hebben geen toegang tot toilet of stromend water. Ook schieten de prijzen van basismiddelen en diensten de hoogte in door de devaluatie van de Syrische pond. Zo zijn de gevluchte families sterk afhankelijk van lokale goede doelen voor onder andere eten.

Voor velen is dit niet de eerste keer dat ze op de vlucht slaan, waarschuwt OCHA in een nieuw rapport. Steeds weer moeten vertrekken, houdt grote risico’s in en vergroten de kwetsbaarheid. Zo stijgt het risico op een slechte gezondheid.